Bijna iedereen er op vooruit, vooral werkende minima

Minister Asscher heeft de Tweede Kamer vorige week geïnformeerd over de ontwikkeling van de koopkracht in de kabinetsperiode en de mate waarin beleid daarop van invloed is. Er is gekeken naar de periode 2012-2017.

‘De mediane koopkracht van alle huishoudens stijgt cumulatief met 5,5%. Deze verbetering is deels het gevolg van economische omstandigheden en deels van inkomensbeleid. Als gevolg van de economische omstandigheden stijgt de koopkracht met 3,4%. Het inkomensbeleid van het kabinet draagt in doorsnee 1,7% bij aan de koopkrachtontwikkeling.

Niet voor alle huishoudens is de koopkracht gestegen. Er zijn aanzienlijke verschillen tussen huishoudens waarneembaar. De werkenden hebben hun koopkracht het meest zien verbeteren. Voor werkenden in de laagste inkomensgroep heeft het inkomensbeleid met 5,5% het sterkst bijgedragen aan de totale koopkrachtverbetering. Bij de hoogste inkomens wordt de koopkrachtontwikkeling grotendeels gestuurd door autonome ontwikkelingen. Ook voor uitkeringsgerechtigden is de koopkracht de afgelopen jaren gestegen. In doorsnee is de koopkracht van gepensioneerden gedaald. Dit is met name het gevolg van achterblijvende pensioenindexatie. Ouderen met een laag inkomen zijn er juist in koopkracht op vooruit gegaan. Het inkomensbeleid heeft gezorgd voor een verkleining van de inkomensongelijkheid in de kabinetsperiode.’

In hoofdstuk 8 van de notitie terugblik inkomensbeleid en koopkracht is te lezen dat de armoedeval kleiner is geworden. Dat heeft o.a. te maken met verhoging van de arbeidskorting en verlaging van het sociaal minimum. Bij het bepalen van de armoedeval is ook de bijzondere bijstand meegenomen, maar in de notitie wordt helaas niets gezegd over het effect van de bijzondere bijstand op de armoedeval.

rutte2

Ouderen
Pensioengerechtigden met een wat hoger inkomen, komen er dus niet zo goed van af. Maar het vertrekpunt is voor deze groep wel positiever dan voor veel andere groepen. Zie de aflevering van Zondag met Lubach hierover (wat minder taai dan een gemiddeld onderzoeksrapport). De armoede onder pensioengerechtigden is al jaren relatief laag. Van alle Nederlanders is 7,6% arm. Van de pensioengerechtigden is 3% arm (zie persbericht SCP sept. 2016). Ouderen tussen 55-65 jaar zijn overigens juist weer wel relatief arm.

 

Geef een reactie